Advies 'Analyse van de recente budgettaire evoluties'.
Het vorderingensaldo dat de Gezamenlijke Overheid in 2015 realiseerde bedroeg -2,6% bbp. Dit is een verbetering van 0,5 procentpunt bbp ten opzichte van het tekort dat in 2014 werd opgetekend (nl. -3,1% bbp) en betekent dat het vorderingensaldo terug onder de drempel voor het lanceren van een procedure bij buitensporige tekorten komt te liggen (nl. -3% bbp).
De verbetering van het nominaal saldo 2015 volgt uit een afname van de ratio van de primaire uitgaven (-0,6% bbp), welke sterker was dan de daling van de ontvangstenratio (-0,4% bbp), terwijl ook de rentelasten in 2015 verder afnamen (-0,3% bbp).
2015 wordt gekenmerkt door de inwerkingtreding van het budgettaire luik van de Zesde Staatshervorming. Dit heeft voor gevolg dat er belangrijke budgettaire verschuivingen plaatsvinden tussen verschillende componenten van de Gezamenlijke Overheid (nl. tussen Entiteit I en de Gemeenschappen en Gewesten). De bevoegdheden die aan de gemeenschappen werden overdragen situeren zich hoofdzakelijk binnen de sociale zekerheid (gezinsbijslag, gezondheidszorg, ouderenzorg) terwijl de bevoegdheid van de gewesten op vlak van werkgelegenheid werd uitgebreid. Daarnaast werden de gewesten ook verantwoordelijk voor bepaalde fiscale uitgaven (waaronder de belastingvermindering voor de enige en eigen woning) en een reeks kleinere bevoegdheden zoals grootstedenbeleid, etc.